Vanaf medio november volgen de leerlingen van VWO4 van
de Philips van Horne Scholengemeenschap in Weert het Plastics Practicum.
Dit is een (pilot) project waarmee de kids kunnen proeven van de beroepspraktijk. Groepsgewijs gaan ze voor zo’n twintig toepassingen op zoek naar het meest geschikte polymeer. Een leuk idee ter
aanvulling op de huidige JetNet-activiteiten, stelt projectcoördinator Roy van Lier.
Het idee hiervoor werd geopperd vanuit de school zelf, vertelt Roy van Lier, senior Corrosion
& Water Treatment specialist. Al jaren is dit een JetNet-partner waar we tal van leuke en
interessante dingen mee doen. Toen de suggestie kwam om de leerlingen zelf proeven te laten
doen, zijn we gaan brainstormen hoe we dit in de praktijk vorm konden geven. Al snel werd
besloten om onze partner Intertek, die met een andere scholengemeenschap ook een JetNet-
project heeft opgezet, hierbij te betrekken. Intertek was graag bereid ook aan dit project mee
te werken. Samen hebben we zo de basis gelegd voor het Plastics Practicum.
Ongeschikt/geschikt
In de praktijk komt het erop neer dat kinderen voor zo’n twintig alledaagse toepassingen, zoals
een koffer, autobumper, valhelm en regenpijp, op zoek moeten naar een geschikt polymeer om
deze te maken, legt Edwin Biemond, material development engineer van,Technology
Innovation, uit. Wij selecteren de toepassing en zorgen ervoor dat ze verschillende soorten
polymeren, in de vorm van proefstaafjes, ter beschikking hebben. Daarbij krijgen ze ook de
specificaties van het polymeer, dat nu als grondstof dient. In kleine groepjes gaan ze
vervolgens onderzoeken of een ander polymeer hier ook geschikt voor is. Er zijn diverse testen
geselecteerd, die daarbij kunnen worden ingezet.
`Mishandelde` staafjes
Sommige proeven doen de leerlingen, vertelt Martin Waals, bedenker van het project en
scheikundedocent aan de Philips van Horne Scholengemeenschap.De proefstaafjes worden
enthousiast ’mishandeld’ door de leerlingen, lacht hij. Ze belanden in het zuur, in de
diepvries, onder de UV-lamp. Vervolgens kunnen de leerlingen ze door Intertek in het lab laten
testen op slag bestendigheid en stijfheid.
Aan de hand van deze resultaten wordt een conclusie
getrokken en een werkstuk gemaakt. Om het enthousiasme te stimuleren, krijgen ze een punt,
dat meetelt voor het eindcijfer.
Wezenlijk anders
Omdat niet alle proeven op school kunnen worden uitgevoerd en een hele klas leerlingen
vanwege veiligheidsredenen niet zornaar op locatie aanwezig kan zijn, legt Intertek in
gastlessen uit wat in het lab gebeurd is. "Daarmee verschilt deze aanpak wezenlijk van andere
JetNet-projecten", legt Ger Schmitz, accountmanager bij Intertek, uit. "Wij bieden
ondersteuning door activiteiten die niet op school kunnen plaatsvinden in het lab door onze
medewerkers te laten uitvoeren en de resultaten vervolgens terug te koppelen. Op deze manier
heb je veel meer rnogelijkheden."
intraneteurope.sabic.com/dpc/connexions/sitc/printitermasp 12/17/2010
Lees ook dit artikel: Blijvende steun SABIC voor Jet-Net
Text published on SABIC Connexions online, all rights reserved.
intranet.europe.sabic.com/dpc/connexions/site/printitern.asp 12/17/2010